Enkele gedachten voor gemeenten die afwegingen maken tussen diverse liedbundels.

Wij merken dat sommige gemeenten, vanwege een inmiddels vertrouwde liedbundel, aarzelen bij de overstap naar Weerklank. Vanuit de gemeente kan immers de vraag rijzen: ‘Ga je dan niet terug achter de rijkdom die je had?’ Toch vermeldt de opsomming van gemeenten die Weerklank invoerden, meerdere gemeenten die daarvoor uit het Liedboek of uit Op Toonhoogte zongen. Hun overwegingen deze bundels te vervangen zijn verklaarbaar, wanneer men inhoudelijk naar hun liederen kijkt. Daarom delen we deze overwegingen ook voor uw bezinning.

 

  1. a) ten aanzien van het Liedboek

Het (rode) Liedboek voor de kerken (1973) werd en wordt weliswaar in verschillende gemeenten van het gereformeerd belijden gebruikt, maar het treft dat men in deze gemeenten zelden koos voor de overstap naar het Liedboek, zingen en bidden in huis en kerk (2013). De geloofsbeleving die de liederen van het Liedboek 2013 ademen, blijkt in meerderheid toch verder af te staan van de gereformeerde spiritualiteit. Wie daarom nú een keuze wil maken voor het Liedboek komt daarom wellicht toch uit bij het Liedboek 1973. Maar dan kiest men voor een liedboek, dat alweer ruim veertig jaar oud is.

Daarbij mag bedacht worden dat het merendeel van de Liedboekliederen die aansluit bij de gereformeerde belijdenis óók is opgenomen in Weerklank. Vanuit het Liedboek 1973 namen we 164 (van de 491) liederen over en vanuit het Liedboek 2013 131 (van de ongeveer 860). In totaal zijn dit 187 liederen uit ‘de Liedboektraditie’: waaronder veel diepe liederen uit de schat van de kerk der eeuwen.

 

  1. b) ten aanzien van Op Toonhoogte

In hun zoeken naar verbreding kozen verschillende gemeenten van het gereformeerd belijden in de afgelopen jaren voor het gebruik van Op Toonhoogte. Hoewel de gemeente hier vaak met dankbaarheid uit zingt, lopen met name predikanten en organisten dikwijls op tegen de mindere geschiktheid van deze bundel voor de eredienst. Dat is overigens niet verwonderlijk, omdat deze bundel daar ook nooit voor bedoeld was. Hij is minder geschikt, omdat een groot deel van deze bundel uiteindelijk toch niet bruikbaar blijkt in de eredienst:

-veel liederen vallen af, omdat ze muzikaal gezien niet geschikt zijn voor samenzang met klavierbegeleiding en/of niet eredienstwaardig zijn;

-veel liederen vallen af omdat ze niet Nederlandstalig zijn, of qua inhoud niet geschikt voor het geheel van de gemeente (bv. veel kinderliederen);

Zodoende blijft er maar een kleine selectie over: vaak minder dan een derde. Kerkenraden gebruiken dan ook vaak ‘selectielijsten’ om aan te geven welke liederen uit Op Toonhoogte in hun gemeente gezongen mogen/kunnen worden. Maar zelfs deze selectie blijkt niet altijd even bruikbaar:

– bínnen deze liederen heeft Op Toonhoogte namelijk geselecteerd in de verzen (men neemt bijvoorbeeld alleen couplet 1, 3 en 6 over). Dat stelt voorgangers meermalen teleur, wanneer zij net dat andere couplet, of het geheel van het lied hadden willen opgeven;

– zeker voor bijzondere diensten is er maar een heel beperkte selectie liederen waar uit gekozen kan worden, zodat je al gauw bij hetzelfde uitkomt.

Daarbij mag bedacht worden dat het merendeel van de Op Toonhoogte-liederen die aansluit bij de muzikale vormgeving van de gereformeerde liturgie óók is opgenomen in Weerklank. Vanuit Op Toonhoogte 2005 namen we 134 (van de ongeveer 400) liederen over en vanuit Op Toonhoogte 2015 163 liederen (van de ongeveer 500). In totaal zijn dit 166 liederen uit Op Toonhoogte: veelal aansprekende liederen uit de meer recente tijd.

 

  1. c) ten aanzien van de Evangelische Liedbundel (1999) en Hemelhoog (2015)

Bovenstaande overwegingen zouden ook over de Evangelische Liedbundel en Hemelhoog gemaakt kunnen worden. Omdat wij naar deze overwegingen minder vraag krijgen hebben we dit niet tot in detail uitgewerkt. Vanuit de Evangelische Liedbundel namen we 75 (van de 509) liederen over, terwijl we uit Hemelhoog ongeveer 107 (van de 739) liederen overnamen. In totaal zijn dit zo’n 115 liederen uit de ‘protestants-evangelische’ traditie.

 

  1. d) Weerklank als compilatie van het mooie uit deze tradities

Bovenstaande overwegingen winnen nog aan waarde wanneer men ziet dat Weerklank dus het goede van deze tradities samenneemt. Wanneer men  aarzelt, omdat men ‘niet meer terug wil’ achter de stap die destijds gezet is (lees: een keuze voor het Liedboek of een keuze voor Op Toonhoogte), mag dus bedenken dat dat met Weerklank dus ook niet hoéft! Want datgene wat men daaruit zong, staat voor 99% óók in Weerklank. Maar dan mét een rijke verbreding: hetzij naar het klassieke kerklied, hetzij naar meer recente liederen die de persoonlijke toewijding en lofzegging bezingen. (En voor wie het oude Liedboek of de oude Op Toonhoogte gebruikt: Weerklank heeft dus óók de surplus aan geschikte liederen uit de nieuwere versies!)

Zoals gezegd hebben meerdere gemeenten hierboven dit geestelijke voordeel herkend. Plus het praktische voordeel dat dit alles is gebundeld in één band. Die afkadering kan dienstbaar zijn: voor de (rust in het beleid van de) gemeente, maar ook in de praktische communicatie naar gastpredikanten.

 

  1. e) ten aanzien van dat éne lied

De redactie van Weerklank heeft zich consciëntieus met de liederenselectie beziggehouden. Toch is het denkbaar dat een lied dat dierbaar is in uw gemeente toch niet in Weerklank is opgenomen. (Misschien namen wij, om muzikale redenen dat ene lied niet op, terwijl uw gemeente beschikt over een begaafd organist, die het wèl goed kan begeleiden.) Dat kan als een teleurstelling ervaren worden; en we merken soms dat zulke specifieke liederen een blokkade zijn in de definitieve keuze. Zonder dat wij willen aandringen, willen we toch in wijsheid suggereren om zo’n belangrijke, liturgische beslissing niét van een enkel lied te laten afhangen. Los van denkbare praktische tegemoetkomingen op dat punt twee diepere gedachten:

– de ervaring leert dat veel aansprekende liederen uit de recente tijd snel gedateerd raken. Van veel opwekkingsliederen blijkt de omlooptijd kort en de houdbaarheid gering; een tendens die door de frequente uitgave van veel nieuwe liederen ook bewust wordt gestimuleerd. Dat moet terdege bedacht worden wanneer nú aan een specifiek lied gehangen wordt;

– de ervaring zal hopelijk leren dat dat ene lied er misschien niet in staat, maar dat Weerklank wel dat ándere lied biedt, waarin dezelfde inhoud ook bezongen wordt. Denk als voorbeeld aan: ‘Zegen mij op de weg die ik moet gaan’. Het gebruik van dit bekende lied is op veel plaatsen en momenten overgenomen door het (muzikaal geschiktere) lied: ‘Ga met God en Hij zal met je zijn’ (Weerklank 356). Zo kan dat ándere lied het ene lied soms ook vervangen. Met andere woorden: gun uzelf en gun de bundel ook de kans om al deze varianten te ontdekken, in te zingen en eigen te maken.

 

Omnummering

De volgende bestanden kunnen behulpzaam zijn bij het vergelijken van de psalmen en liederen van Weerklank met andere bundels:

-de 150 Psalmen van Weerklank uitgesplitst naar bronnen: Nieuwe Psalmberijming (1968) en Gereformeerd Kerkboek (1986) en enkele andere bronnen.

-de 618 liederen van Weerklank op nummervolgorde uitgesplitst naar Liedboek 2013, Liedboek 1973, Op Toonhoogte 2015 en Op Toonhoogte 2005, Evangelische Liedbundel 1999 en enkele andere bronnen (NHB, UAM, Opw.)

-de overlappende liederen tussen Weerklank en het Liedboek voor de Kerken 1973  

-de overlappende liederen tussen Weerklank en de Evangelische Liedbundel 1999

-de overlappende liederen tussen Weerklank en Op Toonhoogte 2005

-de overlappende liederen tussen Weerklank en Op Toonhoogte 2015